Het college van burgemeester en wethouders slaat het verzoek van minister Keijzer om niet handhavend op te treden tegen permanente bewoning van recreatiewoningen in de wind.
“De balans die de gemeente Putten in bijna 25 jaar zorgvuldig heeft opgebouwd dreigt hiermee in één keer verloren te gaan”, zo schrijft het college in haar reactie aan de minister. “Sinds het eind van de vorige eeuw voeren wij een doelgericht beleid om recreatieparken hun oorspronkelijke functie terug te geven. In verband met de schaarste op de woningmarkt hebben we tot 2001 op verzoek persoonsgebonden woonverklaringen afgegeven. Aan deze verzoeken werd meegewerkt als er actief naar reguliere huisvesting werd gezocht. In 2003 zijn we actief handhavend op gaan treden tegen nieuwe situaties. Op deze wijze hebben we op een menselijke manier gehandeld waarbij we oog hebben gehouden voor het herstel van de recreatiesector. Nu, bijna 25 jaar later, zien wij dat deze transitie nog niet volledig is voltooid, ondanks de inspanningen van gemeente en recreatiesector.”Door niet handhavend op te treden tegen permanente bewoning van recreatiewoningen ondermijnt dit, volgens het college, de vooruitgang en zet het decennia aan werk opzij
Het college vervolgt: “Door speculatie en politieke oproepen stijgen de vastgoedprijzen op recreatieparken, wat leidt tot ongewenste marktontwikkelingen en een afname van recreatief gebruik. Recreatieondernemers, die jarenlang hebben geïnvesteerd in een kwalitatief sterk en gastvrij product, signaleren dat hun taak verschuift van gastheerschap naar voortdurende controles en conflictbeheersing. Dit zet de sector onder druk. Het ondernemend plezier neemt af en doet afbreuk aan de aantrekkelijkheid van onze recreatiegebieden. Dit is een onrechtvaardige situatie: zij die zich aan de regels houden, worden in de steek gelaten, terwijl illegale situaties worden beloond. Wij zien in de praktijk dat een combinatie van recreatie en permanent wonen op vakantieparken niet goed werkt en vaak leidt tot conflicten en problemen.”
Het college geeft aan dat het blijft vasthouden aan het Puttense (handhavings)beleid en vraagt de minister om rekening te houden met de verstrekkende gevolgen van deze aangekondigde koerswijziging voor gemeenten en recreatieondernemers, die zich al jarenlang inzetten voor een eerlijke en duurzame ruimtelijke ordening.
Als laatste geeft het college nog mee dat ze als lokaal bestuur de problematiek en uitdagingen van dichtbij ervaren en zeker bereid zijn om van gedachten te wisselen over de plannen van minister Keijzer en zo te komen tot (instructie)regels.